publication

Transition scientists on the Dutch nitrogen crisis: reward farmers for the solution!

Date 29 Jun, 2022

other transition
pieces

see all publications

(this publication is in Dutch)

De Nederlandse veestapel moet krimpen. Maar een eenzijdige focus op stikstof en het uitkopen van boeren brengen echt duurzame landbouw niet dichterbij, zeggen PJ BeersFrederike Praasterink en Annelli Janssen. Ga boeren betalen voor publieke diensten, zoals CO2-opslag en natuurbeheer. Businessmodellen onder druk? Stikstofprobleem? Beloon boeren voor de oplossing!

Vanuit transitieperspectief is de stikstofdiscussie nogal frustrerend. En wel om twee redenen. Ten eerste omdat stikstof, hoe ingrijpend ook, slechts een deelprobleem is. Klimaat speelt minstens zo’n grote rol, ook gekoppeld aan waterbeschikbaarheid en -kwaliteit. Of, vanuit een breder voedselperspectief, obesitas, diabetes, en voedselzekerheid. De ongelijke (of oneerlijke) waardeverdeling in de keten met boeren aan de onderkant daarvan. Een te nauwe blik op stikstof kan er dus toe leiden dat boeren na stikstof nog weer met de volgende uitdaging worden geconfronteerd (bijvoorbeeld: veenoxidatie in relatie tot broeikasgasuitstoot).

Ten tweede, omdat het sterke perspectief op het probleem de aandacht niet vestigt op oplossingsrichtingen. Vanuit de probleemgedachte is de enige oplossing minderen. Minder stikstof, minder dieren, minder boeren. Terwijl boeren juist ook meer, en meer verschillende dingen kunnen doen om natuur te beheren, veen op te bouwen, en CO2 op te slaan in bodems. Boeren hebben een oplossing, zei ZLTO een paar jaar gelden al.

Als transitiewetenschappers werken we vanuit een systeemperspectief. We kijken dus niet naar een deelsysteem, naar alleen emissies, of alleen de boerenstand – we kijken naar het totaal aan productie, verwerking en consumptie, de rol daarvan voor de maatschappij, en hoe duurzaam (lees: volhoudbaar) dat alles is. Dat we voor een complexe uitdaging is duidelijke – we staan voor een transitieopgave:

Van een systeem met … Naar een systeem met …
Obesitas- en diabetesepidemie Gezond en duurzaam basisvoedsel voor iedereen
Milieudruk die het ecosysteem niet aan kan Een positieve bijdrage aan de energietransitie, klimaat, waterhuishouding en biodiversiteit
Boeren als overleven (opvolgingsproblematiek, uitkopen) Agrarische ondernemers als economische dragers van het platteland
Monocultuur Landschappelijke diversiteit

De opgave maakt nogmaals duidelijk dat stikstof maar een deel van het vraagstuk is. Belangrijker, ze laat zien dat er tal van kansen voor ons voedselsysteem zijn. En wat opvalt is dat er heel veel publieke taken bij de boeren komen te liggen – ecosysteemdiensten. En aanpalend bestaan er ook nieuwe businessmodellen, zoals het produceren van plantaardige eiwitten en bouwmaterialen.

Wij, transitiekundigen, in de afgelopen paar jaar diverse toekomstverkenningen gedaan, steeds met grote groepen beleidsmakers, boeren, innovatieve ondernemers en professionals. Voor de boeren komen daar steevast twee hoofdpaden uit. Het ene lijkt nog op de sector van vandaag, maar gebruikt technologische oplossingen om te verduurzamen, bijvoorbeeld uitstoot naar nul te krijgen. Kringlooplandbouw als circulaire economie. Dat vergt ook dat we de import en export van nutriënten in evenwicht brengen. Dat heeft onlosmakelijk als gevolg – en niet als doel – dat de veestapel kleiner wordt. Maar nog steeds is er dan ruimte voor ondernemende boeren op de internationale markt.

Het andere pad betreft de alternatieve voedselnetwerken waarbij burgers en boeren op lokale schaal (< 70 km) de handen ineenslaan. Herenboeren, voedselgemeenschappen. Marge en maatschappelijke meerwaarde gekoppeld aan extensievere productie. Boeren en burgers slaan de handen ineen om regeneratief te produceren. Een perfecte kans langs de randen van natuurnetwerk Nederland. Kringlooplandbouw als regeneratieve landbouw.

Beide paden gaan gepaard met dusdanige reducties dat we mogen aannemen dat ze als integrale oplossingen ook een oplossing voor het stikstofprobleem bieden. Maar zijn ze in ons huidige model ook mogelijk? Hebben ze voldoende verdienvermogen? Het antwoord is: “Nee.” Dat komt doordat we publieke diensten van boeren vragen, terwijl ze privaat, via het product, betaald worden. De markt is te klein om dat te dragen, en de internationale concurrentie te oneerlijk.

Circulair of regeneratief boeren, en boeren dus de gelegenheid geven om de oplossing te leveren voor de toekomst, betekent dat we ze gaan belonen voor publieke diensten. Dat doet de overheid, vanuit de belastingen. We moeten boeren gaan betalen voor CO2-opslag, landschapsbeheer, natuurbeheer, biodiversiteit. Daar geeft minister Staghouwer weliswaar een eerste aanzet toe, maar echt perspectief vanuit de overheid ontbreekt nog.

Als het al niet duidelijk was – elk transitiepad is vooralsnog onlosmakelijk verbonden met een substantiële afname van de veestapel. Bij het technologische pad eenvoudigweg omdat er op regionale (< 500 km.) schaal onvoldoende diervoeders beschikbaar zijn. Bij het regeneratieve pad omdat de dieren simpelweg nog steeds te veel emissies geven. Dit is geen verrassing: transitie betekent niet alleen opbouw van het nieuwe, maar ook afbraak van wat niet meer kan.

Maar voor de boeren moeten we ook toekomst creëren. We vragen van hen om hun identiteit te veranderen. Niet alleen meer produceren, ook beheren. Dat moeten wij hen ook verdienvermogen bieden. Beloon de boeren voor de oplossing.

Auteur
PJ Beers

Foto door Sjoerd Luidinga, CC BY-NC-ND 2.0.