Blog

Smakelijk (w)eten? Balans in levensmiddelenrecht.

Niemand weet wat de toekomst zal brengen, maar steeds meer mensen op steeds meer plekken denken hierover na en bedenken nieuwe ideeën voor een betere toekomst. Ons voedsel is hierbij een belangrijk onderwerp – maar is onze oude levensmiddelenrecht wel helemaal klaar voor een transitie naar ander voedselsysteem? 
 
De productie van voedsel blijft ook in de toekomst belangrijk. Niet alleen op het land en in de kas, maar ook in de stad en zelfs op je eigen vensterbank, zoals je kunt lezen in de publicatie Zo smaakt de toekomst. Een visie van de provincie Zuid-Holland gaat uit van een toekomst waarin Zuid-Holland 80% zelfvoorzienend is op het gebied van voeding. Daarbij gaat het dus over lokale en diverse productie, en korte ketens tussen producent en consument, tussen boer en burger. Naast de productie van voedsel door grote, industriële producenten, komt er meer aandacht voor kleinere prosumenten. Maar wat betekent dit voor onze voedselveiligheid? Waar schuurt de levensmiddelenrecht en waar moet het anders?
 
Wetten en regels
Als lid van de Europese Unie is het levensmiddelenrecht in Nederland vooral Europees geregeld. Ook het levensmiddelenrecht is onderhevig aan verandering en evolueert in verschillende fases. De overgang naar een nieuwe fase wordt vaak aangewakkerd door een belangrijke gebeurtenis. Dat kan een rechtelijke uitspraak zijn, maar ook een crisis.
 
Na de Tweede Wereldoorlog lag de focus in Europa op het produceren van veel voedsel en het inrichten van de interne markt. De eerste fase van het levensmiddelenrecht is dan ook hierop gericht en wordt gekenmerkt door product-specifieke regulering. Een voorbeeld hiervan is de regulering[1] van jam.
 
De tweede fase van het levensmiddelenrecht heeft een bredere blik. In plaats van productspecifieke regels komen er regels om producten in het algemeen veiliger te maken. Denk hierbij aan bijvoorbeeld de vereisten van een etiket op voedsel. Een van de belangrijkste gebeurtenissen in het levensmiddelenrecht is de BSE-crisis (ook bekend als de gekkekoeienziekte). Deze crisis zorgde voor een focusverplaatsing van interne markt naar veiligheid.
 
De focus naar duurzaamheid
Nu behoort ons voedsel al jaren tot het veiligste van de wereld – maar wellicht is het tijd de focus te verleggen. Op dit moment lijken sommige regels de transitie naar een duurzaam, volhoudbaar voedselsysteem namelijk in de weg te staan.
 
Denk bijvoorbeeld aan de regels over houdbaarheidsdatums. Ze zijn er voor de voedselveiligheid, maar zorgen ook voor voedselverspilling doordat voedsel wordt weggegooid. Een ander voorbeeld zijn de regels omtrent nieuwe en innovatieve voedingsmiddelen. Op dit moment moet al het voedsel dat onbekend was en niet geconsumeerd werd voor 15 mei 1997 worden getest en gecontroleerd. Dit geldt dus ook voor alternatieve eiwitbronnen zoals insecten. Deze regels staan een snelle transitie naar een duurzamer voedselsysteem in de weg.
 
Balans
Alles in het leven draait om balans. Zo ook levensmiddelenrecht. Aan de ene kant willen we dat ons voedsel veilig is, maar aan de andere kant willen we een fundamentele verandering van het systeem. Laten we niet alleen de beste zijn op het gebied van veiligheid, maar ook de beste worden op het gebied van duurzaamheid.
 
Deze blog is geschreven door Martijn Verra, tijdens zijn stage bij DRIFT voor zijn master Food Law and Regulatory Affairs (WUR) waarbij hij ondersteuning bood bij het project Voedselfamilies. Lees hier meer over de Voedselfamilies, lees hier Martijns blog over aansprakelijkheidsrecht, of ontdek wat Martijn nu aan het doen is.
 
[1]Richtlijn 2001/113/EG inzake voor menselijke voeding bestemde vruchtenjam of -confituur, -gelei en -marmelade, alsmede kastanjepasta


Date
november 25, 2019