COIL: Samen leren voor de warmtetransitie

 
De warmtetransitie in 2021. Op papier klinkt het zo logisch: we stoppen met het massaal stoken van gas of andere brandstoffen om onze huizen en gebouwen te verwarmen. Voortaan gebruiken we hiervoor warmte van de zon, de bodem of het oppervlaktewater. Toch komt deze transitie in Nederland nog niet goed van de grond.
 
Duurzame innovaties ondervinden op allerlei manieren weerstand van het huidige systeem. Het innovatieve leertraject COIL – Samen leren voor de warmtetransitie (hierna COIL) biedt jou de kans om mee te luisteren, leren en denken over hoe we samen duurzame lage-temperatuur-innovaties een eerlijke kans kunnen geven.
 
Over COIL: “A community of innovative learners”
Een echte systeemverandering forceer je niet alleen. Daarom hebben wij in opdracht van Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en het programma Maatschappelijk Verantwoord Innoveren Energie (onderdeel van de Topsector Energie) een kerngroep van innovatoren bijeengebracht waarmee we de warmtetransitie willen versnellen: een bonte mix van bouwkundigen, wijkinitiatieven, bedrijven, architecten, etc. In gesprekken met hen hebben we 3 casussen geselecteerd die belangrijke obstakels en kansen in de Nederlandse warmtetransitie blootleggen. Die kunnen technisch, financieel, politiek van aard zijn, of te maken hebben met kennis en governance.
 
Deze kerngroep vormt de basis van dit innovatieve leertraject. Wij geloven echter dat hun inspanningen voor de warmtetransitie alleen een succes kunnen worden als de lessons learnt breder worden gedeeld, bevraagd en toegepast. Dus ben jij iemand die – eigenhandig, of als onderdeel van een initiatief – werkt aan of zich verdiept in nieuwe, duurzame manieren van verwarming voor de gebouwde omgeving, sluit je dan nu aan bij COIL:
 

>>> Klik hier om je aan te sluiten bij het bredere netwerk <<<

 
Wat kun je verwachten als je je aansluit?

  • We houden je op de hoogte wanneer er nieuwe inzichten zijn opgedaan door de kerngroep. Daarvoor sturen we je in 2021 minstens vier keer een overzicht per e-mail van wat de kerngroep de afgelopen tijd heeft ontdekt, in de vorm van visuals, interviews of video’s. Vanaf begin november 2021, volgen er nog twee!

Uitkomsten COIL
 
Casusboek ‘Het kan wel: Duurzame warmtenetten met lokale bronnen’
Wie goed kijkt, kan het al zien: Nederland zet de eerste stappen in de warmtetransitie. Maar midden-temperatuurwarmte (70 graden) is op dit moment nog altijd de standaard. Dit casusboek laat zien hoe lage-temperatuuroplossingen en lokale bronnen een duurzaam alternatief vormen voor aardgas, iets dat tot nog toe nauwelijks wordt meegenomen in beleid, modellen en financiering.
 

Klik hier om het casusboek te downloaden
 
12 mei: Den Haag krijgt nieuwe energie
Op 12 mei hadden we onze eerste kerngroepsessie: ‘Nieuwe energie voor Den Haag‘. Gerd-Jan Otten (CMAG) introduceerde zijn casus (met dank ook aan Miel Karthaus van KBnG): Den Haag krijgt nieuwe energie. Zij werken in het Haagse aan het inzetten van lokale lage-temperatuurbronnen in hernieuwbare warmte-concepten. Den Haag leent zich hier uitstekend voor: de gemeente heeft hoge ambities, de technische oplossingen zijn er, de betaalbaarheid en functionaliteit is berekend.
 

 
Toch komen lage-temperatuuroplossingen er moeilijk van de grond. De meest taaie uitdaging ligt voor hen dan ook in het helder kunnen communiceren met de gemeente over de strategie, de rolverdeling, financiering en het doen van zaken in de juiste volgorde. Door met Gerd-Jan en de (diverse) kerngroep een tijdslijn te reconstrueren, hebben we achterhaald waar barrières ervaren worden, en welke gebeurtenissen daarin van belang zijn.
 
Tijdens de sessie hebben we door middel van backcasting een zoektocht gestart om deze impasse te doorbreken, zodat – ongeacht de uitkomst – gemeente en burgers samen kunnen optrekken om de warmtetransitie waar te maken. Hiervoor zijn een aantal concrete acties geïdentificeerd tussen nu en 2035. Deze zie je in onderstaande visual:


 
11 juni: Mijnwater, Heerlen
In de casus Mijnwater verkenden we met Herman Eijdems het succes van deze onderneming, die al een aantal jaren warmte en koelte levert aan gebouwen in Heerlen. Mijnwater is trekker en voorloper van 5e generatie warmtenetten in Nederland: decarbonised, decentraal en lokaal. Dat deze generatie warmtenetten anders is, valt te begrijpen wanneer we kijken naar de vijf principes hiervoor die Mijnwater hanteert:

  1. Gesloten energiekringloop, om verspilling te voorkomen
  2. Laagwaardig aanbod voor laagwaardige vraag
  3. Decentraal en vraaggestuurd werken.
  4. Een geïntegreerde aanpak van energiestromen
  5. Prioriteit voor lokale bronnen

 
Het verhaal van Herman Eijdems is enthousiasmerend en hoopvol. De aanpak die Mijnwater gebruikt, kan 3-4 miljoen woningen in Nederland verwarmen. Maar zover zijn ze nog niet. Opschaling blijft moeilijk. Betrokken partijen wachten vaak tot een ander de eerste stap zet.
 
Om dit te doorbreken is er tijdens de tweede verdiepingssessie in kaart gebracht welke partijen er eigenlijk invloed hebben op de ontwikkeling van 5e generatie warmtenetten. Dit deden we d.m.v. Power domain mapping: een werkvorm waarin er wordt gekeken welke organisaties en personen de macht hebben om bestaande structuren en patronen te behouden (behoudende macht), om nieuwe producten processen uit te vinden en te introduceren (innovatieve macht) of om huidige instituties en structuren om te buigen en veranderen (transformatieve macht).
 
 
 
Voor Herman liggen twee vervolgstappen klaar. Naast het vormen van een expertgroep, heeft bovenstaande power mapping-oefening hem zicht gegeven op de brede coalitie die hij moet vormen om het potentieel van vijfde-generatie warmtenetten te verwezenlijken.
 
Voel jij je geroepen om hieraan bij te dragen, of ben je van mening dat jouw organisatie schittert in afwezigheid op de bovenstaande kaart? Neem contact met ons op, en meld je aan voor COIL.
 
29 juni: SpaarGas, Haarlem
Eelco Fortuijn zit bij COIL met het project SpaarGas, waarin wordt gewerkt aan een lage-temperatuur wijknet: Het ZonneWarmteNet. Maar vinden bewoners, gemeenten en financiers het niet te spannend om bij aan te sluiten? Hij vertelde ons hoe Stichting Spaargas werkt aan dit duurzame-warmtesysteem voor de wijk de Ramplaan in Haarlem.
 

 
Zij kozen voor een oplossingen met PVT-zonnepanelen (photovoltaïsch en thermisch) in combinatie met een WKO (warmtekoude-opslag): de energetisch beste optie, bleek uit analyse. Hierin zijn de vijf uitgangspunten van Spaargas ook meegenomen. Zo is de isolatie die nodig is over het algemeen betaalbaar, kan alle energie lokaal worden opgewekt en opgeslagen en blijven ook de kosten voor energie betaalbaar (hierin is saldering van teveel geproduceerde elektriciteit meegenomen). Tijdens de discussie werd gevraagd welke opties overwogen zijn zoals all-electric, en of PVT’s wel het gewenste rendement kunnen leveren.
 
We keken ook naar het business model van Spaargas. In het tweede deel van de bijeenkomst keken we vooruit: tijdens de voorafgaande bijeenkomsten zijn steeds punten genoemd waarover de noodklok geluid moest worden, en diverse voorbeelden waarin juist handelingsperspectief wordt gecreëerd.  We stelden voor on deze twee elementen een leidraad te laten zijn voor de komende maanden en tijdens de slotbijeenkomst van COIL aan beiden een podium te geven.
 
Gedurende het traject van COIL zien we een belangrijke doorbraak voor SpaarGas. Zoals in NH Nieuws valt te lezen: “De gemeenteraad van Haarlem heeft gisteravond ingestemd om garant te staan voor de financiering van 7 miljoen euro en dat betekent dat het project een stap dichterbij is.
 

 
Achtergrond: Institutionele barrières in de warmtetransitie, wat, hoe en wie?
In het Klimaatakkoord is afgesproken om de helft van lokaal op te wekken duurzame elektriciteit in lokaal eigendom te produceren. Er is geen specifieke afspraak gemaakt over het aandeel lokaal eigendom voor warmte, maar lokale warmte-initiatieven kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan deze Nederlandse energietransitie. Europese richtlijnen schrijven EU-leden voor om burgerinitiatieven serieus te nemen en te bevorderen dat duurzame energiegemeenschappen van burgers (dus ook voor warmte) een volwaardige plek kunnen innemen in de energiemarkt, en daarvoor zijn veel initiatieven (zie ook Buurtwarmte als onderdeel van Energie Samen).
 
De Nederlandse werkelijkheid is weerbarstiger. Nederland is geen koploper als het gaat om gebruik van hernieuwbare energie, en technische en sociale innovaties breken vaak moeizaam door. Burgerinitiatieven voelen zich ook niet altijd serieus genomen. De volgende mogelijke verklaringen van DRIFTer Matthijs Hisschemoller werden eerder binnen de kerngroep van COIL besproken:
 
Ten eerste ligt op veel plekken in Nederland de focus van nationaal en lokaal bestuur op grote spelers in de energiemarkt en hun warmtenetten. Dat onze overheden veelal de bekende namen als logische partijen zien om mee samen te werken, kan meerdere oorzaken hebben: men kan vinden dat wie het probleem heeft veroorzaakt, het ook moet gaan oplossen. Er kan een overtuiging heersen dat burgers vooral deelbelangen vertegenwoordigen. Grote bedrijven hebben ook een flinke lobby en worden van oudsher gezien als toegankelijke en effectieve samenwerkingspartners.
 
Daarnaast schort het bij alle partijen aan relevante kennis over duurzame oplossingen, en de beschikbaarheid daarvan. Er zijn al prachtige voorbeelden van monumenten, wijken en bedrijven waar duurzame warmte-oplossingen succesvol zijn toegepast. Maar wie kent ze? En zijn ze ook onderdeel van de modellen van kennisinstituten? Recent opgedane kennis over techniek, financiën en governance in de overgang naar duurzame, lage-temperatuurwarmte moet nog verder aangescherpt, gebundeld en gedeeld worden.
 
Tenslotte zien we een barrière binnen het “instituut” van de lokale energiebeweging zelf. Is het altijd mogelijk om vrijuit te spreken als je niet financieel afhankelijk bent? Denken vernieuwers op het gebied van warmte wel genoeg buiten de gebaande paden? En zorgt de beweging wel voldoende dat de EU-richtlijnen die stellen dat hernieuwbare energiegemeenschappen op gelijke voet moeten kunnen concurreren met andere producenten, worden nageleefd?
 
COIL is dus gestart om dit soort barrières samen te leren overwinnen.
 
Meer informatie

 
Het COIL-team
Deze DRIFTers zijn bij COIL betrokken: Gijs Diercks, Carien van der Have, Matthijs Hisschemöller, Wouter Mulders en Marieke Verhagen.